Voorziening groot onderhoud museum
083177 | Voorziening groot onderhoud Drents Museum | ||||
Verloop | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 |
Saldo aanvang jaar (1) | 276.622 | 342.013 | 149.448 | 210.252 | 194.467 |
Vrijgevallen bedragen (2) | - | - | - | - | - |
Toevoegingen (3) | 165.000 | 165.000 | 165.000 | 165.000 | 165.000 |
Aanwendingen (4) | 216.873 | 357.565 | 104.196 | 180.785 | 178.089 |
Begroot saldo einde jaar (1-2+3-4) | 224.749 | 149.448 | 210.252 | 194.467 | 181.378 |
Begrote lasten (5) | 216.873 | 357.565 | 104.196 | 180.785 | 178.089 |
Werkelijke/beoogde lasten (6) | 99.609 | 357.565 | 104.196 | 180.785 | 178.089 |
Begrote baten programma (7) | - | - | - | - | - |
Werkelijke/beoogde baten (8) | - | - | - | - | - |
Saldo einde jaar (9=1-2+3-4+5-6-7+8) | 342.013 | 149.448 | 210.252 | 194.467 | 181.378 |
083177 | 083177 Voorziening groot onderhoud Drents Museum |
Doelstelling (in te realiseren maatschappelijke doelstellingen) | Voor nu en in de toekomst op een planmatige wijze werken aan een verantwoorde staat van bouwkundig en technisch onderhoud van het Drents Museum en daartoe de financiële middelen beschikbaar hebben. |
Instellingsbesluit | Nota Reserves en Voorzieningen 2005 d.d. 15 juni 2005 |
Portefeuillehouder | Henk Brink |
Teamleider | Henk Jan Schimmel |
Programma | Product 8.3 ICT en facilitaire zaken |
Toelichting | Evenals bij het provinciehuis wordt bij het Drents Museum sinds 2002 gewerkt met een meerjaren-onderhoudsplan voor de gebouwen van het Drents Museum. Dit naar aanleiding van de verbouwing en nieuwbouw bij het Drents Museum. De planning beslaat een periode van 25 jaar. De vermeerderingen aan deze voorziening zijn vastgesteld op basis van een inschatting van het meerjarig onderhoudsplan voor de periode 2012-2022, zoals dit in de VJN 2011 is opgenomen. De nieuwe onderhoudsplanning voor de jaren 2012-2022 op basis van het vernieuwde gebouwcomplex is door een extern bureau opgesteld. Het reguliere bedrag voor toevoeging aan de voorziening is vastgesteld op € 165.000,--. Vanwege de uitbreiding en verbouwing van het Drents Museum in 2011 zijn (achterstallige) werkzaamheden gelijktijdig met de verbouwingswerkzaamheden uitgevoerd. De voorziening op basis van 10 jaar is ingesteld om fluctuatie in de jaarlijkse (groot) onderhoudskosten te voorkomen de eerstvolgende 10 jaar. |
Wat was in 2016 gepland? | Een storting van € 165.000,-- en daarnaast een onttrekking van € 217.000,--. |
Wat is in 2016 gerealiseerd? | De werkelijke uitgaven zijn in 2016 € 100.000,-- geweest. De voornaamste uitgaven betroffen de tweede fase van de renovatie van de daken van het Drents Museum. De afronding (derde fase) hiervan volgt in 2017. Daarnaast is er onderhoud gepleegd aan de buitendetectie en zijn sensoren vervangen. Ook is het tuinonderhoud uitgevoerd. |
Wat zijn de oorzaken van eventuele afwijkingen? | Het verschil met de begrote kosten in het meerjarenonderhoudsplan komt bijvoorbeeld doordat de werkzaamheden van de natuursteenbehandeling van de vloer van € 25.000,-- uitgesteld zijn. Het is moeilijk een moment te vinden om die werkzaamheden uit te voeren, omdat het museum voortdurend tentoonstellingen heeft. We zoeken in overleg met het museum hiervoor nog een oplossing. Daarnaast zijn de kosten voor het terreinonderhoud lager dan begroot. Het onderhoud van het Drents Museum zal na 2022 hoger worden en we zullen de jaarlijkse storting vanaf dat moment moeten gaan verhogen. Eventuele gespaarde voorzieningen zullen dan worden ingezet als startkapitaal, zodat de verhoging minder groot hoeft te zijn. Deze kosten gaan namelijk nog komen. |
Wat is het (meerjarige) effect van eventuele afwijkingen | Er is geen meerjarig effect. De uitgestelde onderhoudswerkzaamheden blijven staan en worden later uitgevoerd. De voorziening is op peil. Het handvat voor de gebouwenbeheerders is de planning van het onderhoudsplan. Maar er worden jaarlijks wel prioriteiten gesteld en kritisch bekeken wat de staat van het onderhoud is van de aangegeven onderdelen. Als het onderhoud nog kan wachten dan wordt het doorgeschoven. Verder is het zo dat in het onderhoudsplan gemiddelde bedragen zijn genomen van de jaarlijkse kosten. Dat betekent dat het ene jaar de kosten hiervan hoger zullen zijn dan een ander jaar. Maar meerjarig gezien vereffent zich dat. Overigens staat in de begroting 2017 een herijking van de meerjarenonderhoudsplannen gepland, omdat dan 5 jaren van de plannen voorbij zijn. Op dat moment kunnen we ook goed beoordelen hoe het groot onderhoud zich verder ontwikkelt. |